JubileumEiland
Biesbosch MuseumEiland
40 jaar
2024 staat in het teken van het 40-jarig jubileum van het Biesbosch Museum dat op 6 juni 1984 officieel geopend werd door Prins Bernhard.
In de afgelopen veertig jaar bezochten bijna 1,4 miljoen mensen het museum, van 1984 tot 1994 gevestigd op de bovenverdieping van restaurant de Brabantse Biesbosch aan de Spieringsluis en in 1994 verhuisd naar de nieuwbouw aan de Hilweg. Na een tussentijdse uitbreiding in 2001 volgde in 2015 de enorme transitie tot Biesbosch MuseumEiland waarbij we mee zijn gelift met de ontpoldering van de Noordwaard.
De komende veertig weken reizen we op deze webpagina met het Biesbosch Museum door de tijd van 1984 naar 2024.
Iedere week belichten we een nieuw jaar.
.
2017
De inrichting van de bibliotheek in het museum is mogelijk gemaakt door een bijdrage van de Vereniging Vrienden. Het plan om de bibliotheek te vernoemen naar de grondlegger van het Biesbosch Museum, de heer Huib den Tuinder, is uitgevoerd.
In de bibliotheek zijn een aantal tekstfragmenten uit interviews met Huib den Tuinder aan de wand opgetekend, samen met een aantal zwart wit foto’s van de griend- en rietcultuur, een foto met begeleidende tekst van Huib den Tuinder achter zijn bureau in het Arbeidsbureau Almkerk en zijn naamgeving op de deur. De bibliotheek is op vrijdag16 juni officieel geopend door mevrouw Jo den Tuinder, weduwe van Huib den Tuinder. Zij deed dit in gezelschap van broers en zussen, kinderen en kleinkinderen die voor die gelegenheid door het museumbestuur uitgenodigd waren en aansluitend een rondvaart door de Biesbosch en een maaltijd in het museum aangeboden kregen.
Expositie ‘Biesbosch uit de doeken’
Een veelzijdige schilderijententoonstelling samengesteld uit de depotcollectie van het Biesbosch MuseumEiland. Het werk is divers; een pastel, olieverfschilderijen en aquarellen van verschillende makers zoals Thomas van Heck, Ab van ’t Hoff, Ernst van Dalen, J. van Wijnhoven en Ies Timmermans wisselen elkaar af.
De expositie geeft een goed beeld van de Biesbosch in de vorige eeuw.
Door de jaren heen heeft het museum een bescheiden collectie schilderijen opgebouwd, verkregen uit schenkingen en legaten.
In 2016 zijn in totaal negen ‘nieuwe’ schilderijen aan de collectie toegevoegd. Zes werken van verschillende makers werden verkregen uit de nalatenschap van Jan Koolen, twee van Adri de Visser en één olieverf was een schenking van familie Ippel.
2016
Opening Biesbosch Beleving op museumeiland
Op 18 juli opende Johan van den Hout, gedeputeerde Natuur, Water en Milieu van Noord Brabant, de Biesbosch Beleving en het buitenterrein van het Biesbosch MuseumEiland. De Biesbosch Beleving, evenals het museumgebouw een ontwerp van Studio Marco Vermeulen, is een 30 bij 30 meter in beton uitgevoerd schaalmodel van de Biesbosch met polders, dijken en stromen. Op het eiland is ook een meanderende kreek aangelegd met daar omheen een verhard wandelpad. Hier is goed zichtbaar dat de Brabantse Biesbosch nog steeds een getijdenverschil van ca. 30 centimeter heeft. Het pad ligt op +2 meter NAP. Het pad kan bij hoge waterstanden enkele dagen per jaar onder water lopen en is dan niet toegankelijk.
Met de realisatie hiervan op 18 juli ging ook een wens in vervulling van de grondlegger van het museum, Huib den Tuinder. Hij zette zich in 1984 al in voor deze mogelijkheid. Den Tuinder wilde bezoekers toen al het unieke karakter van het zoetwatergetijdengebied laten zien. Dat is nu gelukt.
2015
Op 26 juni 2015 opende Prof. Mr. Pieter van Vollenhoven het compleet vernieuwde Biesbosch Museum door, geassisteerd werd door museummedewerker Thijs Versteeg een vijftal steuren uit te zetten in de binnenvijver. Het gebouw huisvest naast het Biesbosch Museum met een nieuwe vaste expositie en wisselexpositieruimte nu ook een gratis toegankelijk bezoekerscentrumdeel en dito restaurant met terras, alsmede drie op de 1e verdieping gelegen kantoorruimtes waar naast het museum ook Staatsbosbeheer en het Parkschap De Biesbosch kantoorhouden.
Daarmee kwam een einde aan een zeer intensieve periode van acht maanden waarin de renovatie en uitbreiding van het museum inclusief de volledig vernieuwde expositie voltooid werd. Vanaf het moment van openstelling heeft het museum zich mogen verheugen in een enorme publieke belangstelling. Eind 2015 stond de teller op 41.032 bezoekers. In een half jaar tijd werden meer bezoekers genoteerd dan anders in een volledig jaar.
2014
Samen met de “Stichting Poeziëroute Land van Altena" is in oktober 2014 gestart met het project “Seizoensgedichten langs wandelroutes in de Noordwaard”. Een twintigtal dichters heeft zich opgegeven en laat zich door vier bekende dichters (Frank van Pamelen, Marieke van Leeuwen, Wim Daniels en Tsead Bruinja die de inzendingen ook jureren) inspireren tot het maken een gedicht over de Biesbosch. Elk jaargetijde werd een bijeenkomst met een dichter georganiseerd.
Aan het eind van het project staan op acht plaatsen in de Biesbosch vier gedichten (één per jaargetijde) waarlangs een wandelroute gemaakt wordt. Daartoe zijn acht plekken in de Noordwaard geselecteerd. Alle gedichten worden in een boekje uitgegeven.
Op zondag 26 oktober 2014 kwam er een einde aan deel I van het tijdperk Biesbosch Museum aan de Hilweg. Op deze dag maakten maar liefst 568 mensen gebruik van de geboden mogelijkheid om nog een keer gratis het Biesbosch Museum “oude stijl” te komen bezoeken.
2013
Bijdrage Provincie 3 miljoen
De provincie Noord Brabant daagde het museumbestuur na een verzoek om ondersteuning van de uitbreidingsplannen in 2011 uit meer ambitie in de plannen te leggen. Studio Vermeulen uit Rotterdam maakte hiertoe een schetsplan dat uitgewerkt werd tot een voorontwerp inclusief bidbook. Het eerste exemplaar daarvan werd op 13 september 2013 aangeboden aan de heer J. van den Hout, gedeputeerde ecologie van de Provincie Noord Brabant.
Vrijdag 15 november 2013 keurde Provinciale Staten van de provincie Noord Brabant de begroting voor 2014 goed. In deze begroting werd € 3 miljoen vrijgemaakt voor de uitbreiding en herinrichting van het Biesbosch Museum om daarmee het Biesbosch MuseumEiland te realiseren.
2012
In de nacht van 4 op 5 februari 1945 werd de Britse Generaal Sir John Hackett door de Biesbosch overgebracht van bezet Sliedrecht, naar het al bevrijde Lage Zwaluwe. Op 8 april 1967 kreeg Lady Hackett, tijdens de voorpremière van de televisiedocumentaire “Grensrechters in de Biesbosch”, over het verzet in de Biesbosch, een speciaal vervaardigde kom aangeboden door de Koninklijke Vereniging “Onze Luchtmacht”. Op deze kom staat in prachtige kleuren het avontuur afgebeeld, dat Sir John Hackett in 1944 en’45 in ons land heeft beleefd, compleet met luchtlandingen, rietschansen en Biesbosch crossing. Op 21 september hebben de erfgenamen van de familie Hackett de kom aan boord van de fluisterboot Silence, varend op de coördinaten van de toenmalige route, overgedragen aan de heer C.P. van den Hoek, oud-crosser en drager van de Militaire Willemsorde. Deze heeft de kom, die een plaats kreeg in het museum in ontvangst genomen.
2011
Uitbreidingsplannen
De stichting grijpt de plannen in het Kader van ruimte voor de Rivier aan om een uitbreidingsplan op te stellen voor het museum. De buitenruimte rond het museum wordt steeds aantrekkelijker wat leidt tot een toenemend aantal mensen dat niet het museum wil bezoeken maar alleen informatie in komt winnen. Het aan te passen gebouw moet naast de museumfunctie ook een bezoekerscentrum en horecafunctie krijgen. Om de plannen kracht bij te zetten wordt een comité van aanbeveling opgericht en is een wervingsbrochure gemaakt. Het eerste exemplaar wordt op 21 mei door Douwe Altena, voorzitter van het Biesbosch Museum, overhandigd aan de heer J.K. van Oord, directeur van hoofdsponsor Merweoord en tevens voorzitter van het comité van aanbeveling.
Op dinsdag 18 oktober 2011 vergaderde het volledige College van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord Brabant op uitnodiging in het museum. Gedurende die dag zijn ook de uitbreidingsplannen gepresenteerd. In aansluiting hierop is een subsidieaanvraag aan de provincie verstuurd. De dag werd afgesloten met een rondvaart per fluisterboot door de Biesbosch.
2010
Maquette Noordwaard
In het museum staat sinds februari 2010 een maquette van de Noordwaard van 9 bij 3 meter opgesteld. Aan de hand van filmbeelden en animaties op de maquette wordt een indruk gegeven van het beoogde eindresultaat in 2015, als de Noordwaard ontpolderd moet zijn. In de film bij de maquette geven bewoners en gebruikers van het gebied alsmede Rijkswaterstaat, de maker van het plan, hun mening omtrent het proces van planvorming tot nu toe en hun verwachtingen voor de toekomst. De totale presentatie duurt 23 minuten en is te zien tijdens openingsuren van het museum.
2009
Ter gelegenheid van het 25 jarig jubileum hiervan werd op zaterdag 6 juni een activiteitendag georganiseerd . Daarbij werd het eerste exemplaar van het boek “Nijet dan water ende wolcken”,geschreven door museummedewerkster
Valentine Wikaart-Derkzen, aangeboden aan mevrouw Van Haaften-Harkema,
gedeputeerde van cultuur van de provincie Noord-Brabant.
Op en rond het museumterrein waren demonstraties van ambachten te zien, traden shantykoren op en werden rondvaarten en wandelingen georganiseerd.
2008
Het aantal jeugdige bezoekers is nog relatief beperkt. Om het museum aantrekkelijker te maken zijn vier interactieve educatieve presentaties met touch-screens opgesteld. Daarnaast wordt een educatief programma voor de bovenbouw van het basisonderwijs ontwikkeld dat bestaat uit een bezoek aan het museum met speurtocht; een rondvaart met en een wandeling met opdrachten in buitenmuseum/griendencomplex ‘De Pannekoek”.
Biesbosch Theater
Op woensdag 6, zaterdag 23 en zondag 24 augustus bezochten in totaal 108 mensen de theatervoorstelling ’Het Bosch in” op buitenmuseum De Pannekoek. Deze familievoorstellingen zijn gebaseerd op het boek “Aardappels met lawaaisaus” van Miep Dorresteijn. Ze werden uitgevoerd door van theatergroep 4Hoogachter en gesubsidieerd door het Overlegorgaan Nationaal Park De Biesbosch.
2007
Aan het werk van Biesbosch schilder Thomas van Heck is verschillende malen aandacht besteed. Thomas Cornelis van Heck werd geboren op 10 juni 1910 in Dordrecht.
Na de lagere school ging hij naar de tekenschool op het Kromhout in Dordrecht. Thomas kon al snel leven van zijn werk. In de oorlogsjaren ruilde hij werk voor eten voor zijn gezin. Thomas had lang een atelier in Pictura op de Voorstraat in Dordrecht.
Meer dan 40 jaar schilderde hij in de Biesbosch. Samen met zijn vrouw Neeltje zwierf hij met zijn schip ‘de Schilder’ door het gebied. De kreken, eb en vloed, de vissers, griendwerkers en rietsnijders waren zijn favoriete onderwerpen. Thomas was de laatste Dordtse impressionist. Hij stierf op zeer hoge leeftijd in 2006. Kort na het overlijden van de schilder organiseerde het Biesbosch Museum in een wisseltentoonstelling met werk van Thomas van Heck.
In 2022 werden acht werken van Van Heck aan het museum geschonken door Mieke van Berkel, dochter van de schilder.
in 2024 was op het Biesbosch MuseumEiland in Werkendam nooit eerder geëxposeerd werk van Biesbosch-schilder Thomas van Heck te zien Dordtenaar Kees de Ridder verzamelde door de jaren heen maar liefst zestig schilderijen van de Biesbosch schilder Thomas van Heck. Als lijstenmaker in de Museumstraat in Dordrecht kwam hij Thomas beroepsmatig tegen. Vaak kreeg hij in ruil voor het maken van de lijsten voor het werk van Van Heck een schilderij van de schilder.
Door het beschikbaar stellen van een vijftigtal werken voor de expositie wil hij zijn liefde voor de kunst van Van Heck doorgeven.
2006
De expositie “De Biesbosch maakt ruimte voor de Rivier” belicht de Biesbosch als waterbergingsgebied van voor 1840 tot en met 2015. Daarbij wordt ook stilgestaan bij de consequenties voor de bewoners en bedrijven.
Water heeft de Biesbosch altijd gedomineerd. Vloedstormen en al dan niet aanwezige veiligheidsmaatregelen tegen water, hebben de streek volop beïnvloed. Al in de 18e eeuw maakten de landmeters Cruquius en Velsen plannen maken voor de Biesbosch om de rivierafvoer te vergroten en problemen door ijsgang te voorkomen.
In de strijd tegen het water is de Biesbosch ook in de nabije toekomst een belangrijk gebied om het water van de rivieren veilig naar de zee af te kunnen voeren.
De hoge waterstanden in 1993 en 1995 leiden tot maatregelen om wateroverlast te beperken. In het Natuur Ontwikkelingsplan Noordwaard wordt het westelijk deel van de polder Noordwaard in open verbinding gebracht met de Nieuwe Merwede. Dit zal een bijdrage leveren aan de afvoer van overtollig rivierwater. Het project heeft ook consequenties voor het museum. De parkeerplaats van het museum wordt verlegd en de Hilweg, de toegangsweg naar het museum, wordt op de dijk gelegd.
2005
Het doel van de museumregistratie is het zichtbaar maken, bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de Nederlandse musea, en daarmee het verantwoord beheer van het culturele erfgoed.
De eerste aanvraag van het Biesboschmuseum bij de Stichting Het Nederlands Museum Register in 1999 leidde nog tot een voorlopige registratie.
In de tussenliggende jaren werd hard gewerkt aan deze onvolkomenheden., met als grootste stap voorwaarts het realiseren van de uitbreiding van het museum in 2002. Daarin werd een volwaardige depotruimte geïntegreerd. Verder wordt sinds enkele jaren afgeschreven op de collectie en heeft mevrouw Valentine Wikaart de collectieregistratie afgerond.
Op 30 november 2004 werden de inspanningen beloond en ontving het bestuur van het Biesboschmuseum het bericht dat Biesboschmuseum gecertificeerd werd en in het Nederlands Museum Register werd opgenomen. Dit keurmerk zal in de toekomst verlangd worden door fondsen en subsidieverstrekkers. Op 18 maart 2005 overhandigt de heer W. Luijendijk, gedeputeerde van de provincie Noord-Brabant, aan Valentine Wikaart en Leo Melse het certificaat “geregistreerd museum” in kasteel Heeswijk in Dinther. In 2018 vindt een herijking plaats waarbij gecontroleerd wordt of het museum de museale taken nog steeds op verantwoorde wijze vervult. Dit was ook het geval.
2004
Vanaf april 2004 tot en met december 2004 was in het “Huib den Tuinderpaviljoen” de expositie “Achter de Schermen“ gemaakt door de Eendenkooi Stichting te zien. In deze expositie, die in de vorm van een kooipijp opgesteld stond in de middenruimte van het paviljoen, werden tal van facetten van het eendenkooibedrijf belicht.
De wanden van de expositieruimte werden gebruikt voor de volgende exposities:
Maart t/m augustus 2004
- Een overzichtstentoonstelling van schilderijen van Hans Zantinge, zelf kooiker in Lekkerkerk. Tegelijkertijd exposeerde Roel Gort uit Woudrichem met beelden in brons.
September/Oktober 2004
- Een fototentoonstelling van Rini van den Berg gecombineerd met pastel- en pentekeningen van Riet Evegaars, beiden afkomstig uit Lage Zwaluwe.
November/December 2004
Van oktober t/m december exposeerden de broers Paul en Pim Peet. Eerstgenoemde woonachtig in Sleeuwijk, met schilderijen van Biesbosch- en rivierenlandschappen; zijn broer uit Nieuwpoort met gipsen beelden.
2003
"Alles ging zo vlug , we maakten de beesten los en hoopten dat ze zich zelf konden redden. De klank van de in nood verkerende beesten was verschrikkelijk om te horen"
Zo maar een citaat uit deel 12 van de Historische Reeks Land van Heusden en Altena waarin bewoners van de hele streek vertellen over hun ervaringen tijdens de watersnoodramp van 1953.
Het Biesboschmuseum in Werkendam en het bestuur van de Historische Reeks hebben de handen inéén geslagen voor een uniek project. De verhalen uit het boek werden gevisualiseerd worden in de expositie “Watersnood 1953, Het water kwam …..” die gehouden werd in het Biesboschmuseum van 1 februari tot 31 december 2003.
2002
De museumcollectie is door de jaren heen weer zo uitgebreid dat het museum uit zijn jas is gegroeid. Het niet kunnen beschikken over een volwaardige wisselexpositieruimte is aanleiding mogelijkheden tot uitbreiding van het museumpand te onderzoeken. Daarnaast komen er allerlei nieuwe kwaliteitseisen waaraan musea moeten gaan voldoen. Een belangrijk aspect is onder meer het kunnen beschikken over een volledig geïnventariseerde collectie en een goed toegerust depot.
In de uitbreidingsplannen voor twee nieuwe paviljoens worden mede daarom kelders geïntegreerd waarin het depot, tot dan toe gehuisvest in een schuur van Staatsbosbeheer op de Jantjesplaat, wordt gevestigd. De uitbreiding van het museum wordt geopend door de heer F.J.M. Houben, commissaris van de Koningin in de provincie Noord-Brabant.
2001
Een bezoek aan de Biesbosch is niet compleet zonder een vaartocht. Tot 2001 kon een museumbezoek alleen met een vaartocht gecombineerd worden via arrangementen met rondvaartbedrijven uit Drimmelen, Lage Zwaluwe of Dordrecht.
Vanaf 2001 wordt het ook mogelijk om vanaf het museum te gaan varen. Biesbosch Fluistertours BV neemt de fluisterboot “Whisper” in gebruik die vanaf het museum in Werkendam vertrekt.
Jaarlijks maakt ongeveer de helft van alle bezoekers ook een rondvaart. Inmiddels is de vloot uitgebreid met nog twee boten, de "Silence" en de "Oh so still". Behalve reguliere vaartochten worden ook bevertochten en vaar- wandeltochten gehouden.
2000
Op 12 mei 2000 opende de heer J.G. van Oord door middel van het afzinken van een klein zinkstuk de tentoonstelling "Werkendam Wereldwijd".
Aanleiding was het in 1998 door mevrouw Nel van As samengestelde boek over Werkendammers die in China aan waterbouwwerken gewerkt hadden. Voor de tentoonstelling is gekozen voor nog vier andere landen te weten Argentinië, Nederlands- Indië, Rusland en Egypte.
In de expositie waren de verhalen opgenomen van bijvoorbeeld de man die in Egypte zijn vrouw vond, het verhaal over de vlucht uit Rusland, of het verhaal van de man die gewond raakte in Argentinië. Een man die al 25 jaar in China werkt vertelt over zijn leven daar, en een vrouw leest de brief voor die zij vanuit Ned. Indië naar haar zwager schreef toen haar man vermist werd. Allemaal verhalen van Werkendammers in den vreemde.
1999
Bij de oprichting van de Stichting in 1974 was de officiële benaming Stichting Biesbosch Museum en griend- en rietcultuur. In de vaste tentoonstelling worden door de jaren heen tal van andere thema's uit de veelzijdige en rijke geschiedenis in het museum belicht zoals onder meer de rijke flora en fauna, de aanleg van de spaarbekkens voor waterwinning en de tweede wereldoorlog.
De Biesbosch is ook een inspiratiebron voor tal van kunstenaars. In 1999 verschijnt het boek ‘Biesbosch schilders” samengesteld door Wim van Wijk. In het museum was een wisseltentoonstelling te zien met werk van de Biesbosch schilders Cor Nolté, Stef Wijnhoven, Ab van ‘t Hoff, Henk van Dalen, Ernst van Dalen, Marinus v.d. Neut, Adrie Mouthaan, Teus Verhoeven en Ad van der Ven.
Het museum heeft inmiddels een kunstcollectie met ca. 150 verschillende schilderijen. Dat varieert van olieverven, etsen, aquarellen, wandkleden en miniaturen. De stichting verwerft niet actief zelf. Vrijwel alle werken zijn ontvangen uit nalatenschappen en schenkingen.
1998
Op 12 juni 1998 opende A. Faas, eerste klas lijnentrekker en directeur van het kadaster Zuid-West Nederland de expositie Biesbosch a la carte. Het ging om een unieke collectie kaartmateriaal, bijeengebracht door de Historische Vereniging Werkendam in samenwerking met het Biesboschmuseum.
Deze tentoonstelling kon voor een deel putten uit kaarten uit de door de stichting kort daarvoor aangekochte omvangrijke collectie archiefmateriaal van Huib den Tuinder. Daarnaast zijn diverse in bruikleen verkregen kaarten tentoongesteld.
De tentoonstelling duurde tot 9 september en liet zien hoe de Biesbosch door de eeuwen heen aan verandering onderhevig was.
1997
In 1997 organiseerde het Biesbosch MuseumEiland met medewerking van PTT Post en het PTT Museum in ’s Gravenhage de tentoonstelling 100 jaar postbestelling in de Biesbosch.
Volgens de Nederlandse Postwet was de PTT verplicht bij iedere bewoner in Nederland post te bezorgen. In 1896 besloot men ook voor de Biesbosch een geregelde postbezorging per boot te gaan doen.
L. van der Hoeven, een met de Biesbosch bekende schipper werd aangesteld als eerste postbesteller.
Drie maal per week, op de dinsdag, donderdag en zaterdag, bezorgde hij de post vanuit Drimmelen via de route het Zijkgat, Middelgat van de Plomp, Gat van de Zuiderklip, ten noorden van de Bloemplaat of Dood, het gat van de Noorderklip en via de Amer terug. Bij ebbe moest de omgekeerde richting worden genomen.
De ludieke overzichtstentoonstelling werd op 20 maart 1997 geopend door de heer D. van der Meer, rayonmanager van PTT Post West Brabant. Het zou tot 2020 duren, voor de laatste postboot uit de vaart genomen werd. Een monument in de haven van Drimmelen herinnert aan de postbezorging in de Biesbosch.
1996
In 1996 wordt de Vereniging Vrienden van het Biesbosch Museum opgericht. De vereniging heeft tot doel de Stichting Biesbosch Museum financieel te ondersteunen.
Hiertoe werft de vereniging leden die bereid zijn een jaarlijkse contributie te betalen. De vereniging heeft momenteel (2024) 174 leden.
Door de jaren heen hebben de Vrienden aan een flink aantal zaken bijgedragen. Zo werd in 2015 mede dankzij de Vrienden het schilderij van Henricus Weingärtner gerestaureerd. In 2016 betaalde de vereniging de kosten van het digitaliseren van kaart- en fotowerk. Dankzij hen hebben wij nu prachtige parasols op het terras en heeft onze buitenploeg sinds kort een prachtige zitmaaier om het buitenterrein mee te maaien. Wil jij ook lid worden en zo het MuseumEiland steunen? Meld je dan hier aan.
1995
Het nieuwe museum staat in het hart van de Biesbosch, die in 1993 officieel tot Nationaal Park is uitgeroepen. Staatsbosbeheer is de grootste terreinbeheerder in de Biesbosch en werkt met twee kantoren; Landgoed Dordwijk in Dordrecht en polder de Dood midden in de Brabantse Biesbosch, waar ook boswachter Dirk Fey in een bedrijfswoning woont.
Staatsbosbeheer besluit een centraal kantoor in de Biesbosch te bouwen en het oog valt op een locatie naast het nieuwe museum. Kantoor Lijnoorden wordt op vrijdag 13 oktober 1995 feestelijk geopend.
1994
Op 6 april 1994 opent staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, de heer Gabor het nieuwe onderkomen van het Biesbosch museum in Werkendam. Een kleine 10 jaar na de oprichting kreeg de Stichting de beschikking over een gebouw van 1050 m2. Daarmee kreeg de voornamelijk door dhr. Den Tuinder bijeengebrachte verzameling eindelijk de ruimt die het verdiende.
Op het plein voor het museum was een bronzen beeld van een griendwerker opgesteld, gemaakt door beeldhouwer Jaap Hartman uit Woudrichem. Dit werd onthuld door het weghalen van bossen rijshout die het beeld aan het oog onttrokken.
1993
Er wordt in 1993 hard gewerkt aan het nieuwe museum waardoor in het laatste jaar geen extra activiteiten georganiseerd worden aan het museum aan de Spieringsluis. Dat sluit in oktober de deuren voor het publiek. In het laatste jaar worden toch nog ruim 19.000 bezoekers genoteerd, wat het totaal aantal bezoekers van de eerste museumlocatie brengt op 220.000.
Vanaf november wordt gestart met de verhuizing van de collectie naar het nieuwe gebouw aan de Hilweg. De inrichting wordt voor een groot deel in eigen beheer uitgevoerd. Voor de decors wordt de hulp ingeroepen van Daan Gort uit Woudrichem.
1992
Al in 1991 zijn de voorbereidingen getroffen die er toe moeten leiden dat in 1992 begonnen kan worden met de bouw van een nieuw Biesboschmuseum. De nieuwe locatie aan de Hilweg, op grond van het waterwinningbedrijf, ligt op een steenworp afstand van het buitenmuseum op de Pannekoek.
Het nieuwe museum zal uit negen paviljoens bestaan met een oppervlakte van 1000 m2, dat is drie maal zo groot als de oude locatie.
Op 25 november 1992 ging de nieuwbouw officieel van start.
Medio 1994 zal het nieuwe museum voor bezoekers geopend worden. Met deze stap lijkt de toekomst voor het Biesboschmuseum tot in lengte van jaren gegarandeerd.
1991
In februari 1991 heeft het Biesboschmuseum medewerking verleend aan een productie voor de EO-televisie. Het ging om een documentaire over de crossings in de Tweede Wereldoorlog. De opnamen van de interviews zijn in het museum gemaakt en er is veel materiaal beschikbaar gesteld.
Line crossers, mannen waagden hun leven in de Biesbosch. De film gaat over verzet in de Biesbosch en werd uitgezonden op 8 mei 1991, de productie was van Fritz de With van STS Video Amersfoort.
Verschillende verzetsmannen komen aan het woord waaronder Cees Visser, Ies Zonneveld, Frans Hoffmans en Piet van den Hoek.
1990
In 1990 is het museum verrijkt met twee bijzondere poppenverzamelingen. Deze zijn in langdurig bruikleen afgestaan door mevrouw J.B. Eenink-Herder uit Ameide. Zij was oorspronkelijk van plan daar een poppenmuseum op te zetten en verleende verschillende opdrachten aan professionele kunstenaars. Aangezien Ameide een rijke traditie in de griend- en rietcultuur kent, werden opdrachten verstrekt aan twee poppenmaaksters.
De verzameling gemaakt door Lucia Akkerman-Tritten bestaat uit zeven bijna 20 cm grote poppen die voorstellen; de griendhakker, de rietsnijder, de kooiker, de teenschiller, hoepmaker op de snijbank, een hoepmaker aan de buigmachine en een mandenbreier.
De verzameling gemaakt door Christine Baars bestaat uit vijf ca. 55 cm grote poppen te weten; de teenschiller, de klompenmaker, de mandenbreier, de hoepmaker op de snijbank en de hoepmaker aan de buigmachine.
Het poppenmuseum komt niet van de grond en mevrouw Eenink probeert haar verzamelingen onder te brengen. Ze legt contact met het Biesbosch Museum dat graag onderdak aan de verzamelingen biedt.
De band met het museum blijft warm. In 2021 overlijdt mevrouw Eenink en wordt het museum in haar nalatenschap opgenomen. De verzamelingen worden aan het museum geschonken inclusief een geldbedrag.
1989
In de eerste maanden van 1989 is een oud Biesbosch-arkje geschonken door de heer Seton uit Werkendam, opgeknapt en gereedgemaakt voor expositie. Het arkje, in eerste plaats gebruikt bij werkzaamheden in de Biesbosch heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog gediend als onderkomen voor onderduikers.
Het arkje heeft een plaats gekregen direct bij de ingang van het Biesboschmuseum en is ingericht met 'levensechte' poppen. Het geheel vormt met oog op het herdenkingsjaar 1990, een welkome aanvulling op de collectie.
1988
Anno 2024 is de bever niet meer weg te denken uit de Biesbosch. Het is het symbool van dit Nationaal Park dat dit jaar zijn 30 jarig bestaan viert.
1988 is een markant jaar in de Biesbosch geschiedenis. Staatsbosbeheer begint dan met het terugbrengen van de in 1826 uitgestorven bever in Nederland.
Daarvoor worden drie achtereenvolgende jaren in totaal 42 bevers uit het Elbe gebied (toen nog Oost-Duitsland) weggevangen en in de Biesbosch uitgezet. De bevers werden in de gaten gehouden door ze te zenderen.
Onderzoek maakte duidelijk dat bevers een veel groter territorium innamen dan van tevoren werd gedacht. Bevers zijn territoriale dieren, dus toen ‘nieuw uitgezette’ bevers sporen van soortgenoten door het hele gebied zagen, gingen ze op zoek naar nieuw leefgebied.
Anno 2024 zijn er zo’n 250 tot 300 bevers actief in de Biesbosch . Vanaf het Biesbosch Museumeiland worden in de maanden mei tot en met september in de vooravond bevertochten met de elektrisch aangedreven rondvaartboten georganiseerd.
Kijk voor de data op onze vaaragenda.
1987
De bezoekersaantallen van het Biesbosch Museum blijven de eerste jaren stabiel. Waar normaal gesproken na de openingsjaren een terugval ontstaat, wordt in 1987 de 100.000ste bezoeker verwelkomd. Dinie van der Griendt uit Groede ontving enkele attenties uit handen van burgemeester Dorland van Werkendam, de voorzitter van de Stichting Biesbosch Museum en griend- en rietcultuur.
In de periode 1984-1987 kwamen door de grote toeloop ook de beperkingen van het pand aan het licht. De blijvende aandacht voor het museum sterkte het bestuur in haar voornemen een volledig nieuw museumgebouw te gaan bouwen in de nabijheid van buitenmuseum De Pannekoek, dat al sinds 1974 in het beheer van de stichting was.
In 1987 werd gestart met de voorbereidingen daartoe, zowel op het gebied van planvorming, als ook het onderzoek naar de financiering via sponsoring, subsidies en fondsenwerving. Van 6 mei tot 20 juli was een expositie te zien waarin studenten van de Technische Hogeschool in Eindhoven via tekeningen en maquettes hun visie gaven op het nieuw te bouwen museum.
1986
Na de opening van het museum in 1984 ontving het museum 25.000 bezoekers per jaar. Huib den Tuinder, die voor het grootste deel zelf het ontwerp en de inrichting van de museumexpositie ter hand nam, zat nog vol met ideeën om de aantrekkingskracht van het museum te vergroten.
Naast de rijke geschiedenis van de griend- en rietcultuur besefte hij dat de specifieke flora en fauna van de zoetwatergetijdendelta ook grote aantrekkingskracht op bezoekers uit zou oefenen. Via contacten met de firma Wijnbelt uit Woudrichem bleek het in 1986 mogelijk een steur van 2,40 meter en 205 pond uit Rusland naar Nederland te halen voor het symbolische bedrag van één gulden en zes cent.
De gebroeders Teurlincx uit Eindhoven prepareerden de steur en de eerste secretaris van de Russische ambassade, S. Sosjenko, nam maandagmiddag 30 maart 1987 in het Biesboschmuseum het nieuwe oeveraquarium met de steur als het stralende middelpunt officieel in gebruik.
1974 - 1985
De Stichting Biesbosch Museum wordt opgericht. De stichting heeft tot doel “de bevordering van de oprichting, instandhouding en uitbreiding van een museum voor de Biesbosch en het bevorderen van al hetgeen daarvoor dienstig is, daarmee samenhangt of daaraan verwant is.”
De stichting verkrijgt van de Dienst der Domeinen het recht op gebruik van een deel van de Pannekoek, een gebied in de Biesbosch. Het gebied wordt met behulp van Jan en Gerrit van der Stelt, twee griendwerkers, als cultuurgriend ingericht en
moet in de toekomst gaan fungeren als buitenmuseum.
Er wordt naarstig gestreefd naar realisatie van een Biesbosch Museum. De werkkamer van Huib den Tuinder op het arbeidsbureau in Almkerk verandert in de tussentijd meer en meer in een klein Biesbosch Museum.
Foto's onder: Werkkamer den Tuinder | De wilgentuin in voorbereiding, Jan en Gerrit aan het werk, Huib den Tuinder kijkt toe | Luchtfoto Pannekoek
Inleiding
De aanloop naar een Biesbosch Museum
In 1958 gaat Huib den Tuinder werken bij het Arbeidsbureau in Almkerk. Hij komt in aanraking met de griend- en rietcultuur in de Biesbosch en raakt daar zo door gefascineerd dat hij allerlei attributen, gebruiksvoorwerpen en documentatie gaat verzamelen.
In 1971 is dat de basis van de overzichtstentoonstelling “550 jaar Biesbosch” in het dorpshuis in Werkendam. De expositie krijgt landelijke aandacht in de pers, haalt zelfs het journaal op televisie, en trekt bijzonder veel bezoekers.
In 1974 wordt de Stichting Biesbosch Museum opgericht die “de bevordering van de oprichting, instandhouding en uitbreiding van een museum voor de Biesbosch en het bevorderen van al hetgeen daarvoor dienstig is, daarmee samenhangt of daaraan verwant is” tot doel heeft.
In dat jaar wordt het recht op gebruik van een deel van de Pannekoek verkregen. Het gebied moet in de toekomst als buitenmuseum fungeren en wordt door de griendwerkers Jan en Gerrit van der Stelt ingericht als cultuurgriend.
Terwijl gestreefd wordt naar realisatie van een Biesbosch Museum verandert de werkkamer van Huib den Tuinder op het arbeidsbureau in Almkerk in de tussentijd meer en meer in een klein Biesbosch Museum.
In 1982 koopt de stichting het pand van restaurant de Brabantse Biesbosch aan de Spieringsluis aan om op de bovenverdieping het Biesbosch Museum te vestigen.
In 1984 wordt het Biesbosch Museum aan de Spieringsluis geopend door Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard.